De gemeente Leidschendam- Voorburg heeft zaterdag een dwangsom opgelegd tot maximaal 30.000 euro boete voor achterstallig onderhoud aan hout en schilderwerk aan de voorzijde van het pand van een rijksmonument aan de Herenstraat 35 te Voorburg.
De 82 jarige eigenares wordt tevens als ondernemer van een gehuurde wooninrichtingswinkel in den haag door de Coronacrisis zwaar getroffen. Eerder raakte haar ook de Financiële crisis. Ze woont al 50 jaar met veel plezier in deze woning. Ze is bereid het onderhoud te doen, maar moet deze kosten eerst zelf voorschieten en dat is moeilijk. De rijkssubsidie kan pas gedurende een maand in maart 2021 en dus achteraf worden aangevraagd voor gemaakte kosten in het voorgaande jaar.
De juridisch medewerkster en haar teamleider legde de dwangsom op in mandaat namens het college van burgemeester en wethouders en negeerde dat tijdig mondeling al een zienswijze was ingediend tegen het voornemen tot aanschrijving. Schriftelijk is ook na verleend uitstel een nadere toelichting gegeven, maar deze is buiten behandeling gelaten. De zienswijze zou te laat zijn en wordt nu als niet ontvangen beoordeeld.
Als toppunt is de dwangsom door de medewerkster direct in het kadaster ingeschreven om de claim van de gemeente op het woonhuis vast te leggen. De hoogte van de boete per 5 overtredingen van niet gevaarlijke en spoedeisende gebreken zijn onterecht en willekeurig gebaseerd op milieudelicten voor bedrijven! Dat verklaart ook de blunder om nu het strafrecht toe te passen.
Bijv. een boete van 6000 euro voor gering houtrot aan de onderzijde van de voordeur. Gelet op de verhouding van het achterstallig onderhoud en de buitenproportionele hoogte van de dwangsom lijkt het erop dat de gemeente de ernst en effecten van de Corona-crisis nog niet helemaal overziet.
Naam van de inzender van bij redactie bekend.